'Taal coalitieakkoorden te moeilijk voor domme mensen'
Vinden we het gek dat er af en toe geen touw is vast te knopen aan het woordgebruik in de politiek? Neem de coalitieakkoorden die verschillende partijen met elkaar sloten in Limburg, Zuid-Holland en Flevoland. Daar snapt u waarschijnlijk geen reet van, en dat is logisch. Ze zijn geschreven in moeilijk te begrijpen Nederlands, stelt taalwetenschapper Henk Pander Maat van de Universiteit Utrecht.
Pander Maat bekeek de landbouwalinea's van drie akkoorden. Hij berekende de moeilijkheidsgraad van de teksten aan de hand van een formule. Daarmee wordt nagegaan of de gebruikte woorden gangbaar zijn of juist onbekend, hoe concreet de tekst is, wat de lengte van zinsdelen is en of de tekst veel tangconstructies bevat. In dat geval staan woorden die bij elkaar horen ver uit elkaar in de zin.
Uit de berekening rolt een score van 0 tot 100. U begrijpt het waarschijnlijk wel. Verhalen in jip-en-janneketaal scoren rond de 10. Wetenschappelijke teksten scoren boven de 60. Hoe hoger de score, des te groter is het deel van de mensen dat waarschijnlijk moeite heeft om de tekst te begrijpen.
En wat blijkt? Limburg en Flevoland scoren ruim 58 en bijna 55. Voor een score tussen de 40 en de 60 geldt dat ruim de helft van de lezers de tekst waarschijnlijk lastig vindt. Het Zuid-Hollandse akkoord scoort het hoogste, ziet Pander Maat, namelijk 63,5. Oftewel, 80 procent van de Nederlandse lezers snapt hier geen snars van.
{{comment.text}}