Toeslagenouders hebben geen trek in Ondersteuningsteam overheid
Je hebt echt de jackpot te pakken als je niet alleen slachtoffer bent van de toeslagenaffaire, maar later ook nog van jeugdzorg. Minister Weerwind voor Rechtsbescherming heeft sinds twee maanden een ondersteuningsteam opgericht om deze ouders te helpen, maar tot nu toe zet het nog weinig zoden aan de dijk.
Het Ondersteuningsteam biedt juridische hulp en een ‘luisterend oor’, oftewel: praten, praten, praten. Daar zitten de meeste toeslagenouders, die hun kinderen soms al jaren moeten missen, totaal niet meer op te wachten. Zo laat toeslagenouder Janet Ramesar aan De Hofbar weten “niks meer met de overheid te maken” willen hebben.
Want dat is nu juist het probleem van het Ondersteuningsteam: het bestaat uit werknemers van jeugdzorg en -bescherming, die er in eerste instantie voor hebben gezorgd dat de kinderen uithuisgeplaatst werden. De ouders zouden een onafhankelijke herbeoordeling van hun situatie moeten krijgen, zegt jurist Jeugdrecht Marianne Vlaming. Die experts zouden buiten het Ondersteuningsteam om moeten opereren. “Een plek waarvan je als ouder weet: het is niemand die ooit naar mijn dossier heeft gekeken.”
Bovendien lijkt er weinig schot in de zaak te komen bij het Ondersteuningsteam. Tot nu toe hebben nog maar 120 gedupeerde ouders een beroep gedaan op het team, en er is nog geen kind terug bij zijn ouders. Minister Weerwind liet op 1 april weten dat Rutger “over een tweetal maanden” moest terugkomen voor resultaten. Als dit de resultaten zijn, zijn ze niet bepaald om over naar huis te schrijven. Weerwind ziet desondanks geen reden om zijn plannen om te gooien. “Ik ben op de goede weg en we zetten gewoon door”, was zijn antwoord. Wordt vervolgd!
{{comment.text}}