Verbouwing Binnenhof wéér duurder: nu 2,7 miljard euro en klaar in 2031 (misschien)
De verbouwing van het Binnenhof – ooit bedoeld als 'simpele renovatie' – is inmiddels verworden tot de Noord/Zuidlijn van de landelijke politiek. Het prijskaartje loopt opnieuw op: minstens 2,7 miljard euro, en de oplevering is verschoven naar zomer 2031. Dat is dus drie jaar later dan de vorige “definitieve” planning, die zelf alweer drie keer was aangepast.
En dan moet er overal en bij alles en iedereen bezuinigd worden, krijg je dit! Voor wie het vergeten is: het oorspronkelijke budget was 475 miljoen. Inmiddels valt het bonnetje dus iets hoger uit. Demissionair minister Mona Keijzer (BBB), verantwoordelijk voor het project, durft inmiddels niet meer te beloven dat dit het laatste prijskaartje is. De nieuwe raming komt “met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid”. Vrij vertaald: we hopen het.
En dan moeten de kosten van de Grafelijke Zalen, waaronder de Ridderzaal, nog komen. Keijzer mikt nu op nóg eens 225 miljoen euro. Maar waarom moet het allemaal zoveel geld kosten, in vredesnaam? Dat komt volgens Keijzer doordat meer dan de helft van de houten balken verrot zijn, er overal asbest is gevonden (in muren, in vloeren, zelfs in de lijm van de vloerbedekking). Daarbovenop: inflatie, peperdure logistiek, een bouwplaats die alleen te bereiken is via twee smalle poortjes en oh ja, in Nederland zijn te weinig leidekkers om snel het dak te vervangen dus dat is ook een probleem.
Gaat, met andere woorden, niet zo lekker. Toch blijft de minister strijdbaar. Volgens Keijzer is de miljardeninjectie het dubbel en dwars waard: "Het is een icoon van de Nederlandse democratie. Het alternatief is de sloopkogel erin."
Met de huidige kostenstijgingen begint dat alternatief stiekem wel erg aantrekkelijk te klinken.